Over mijn eerste collegeweek

Zo de eerste week college hier zit erop. Al is ‘week’ een beetje een groot woord. Mijn eerste collegeweek bestond namelijk uit precies 1 dag met twee colleges. Ik hoor u denken, de luie hond, maar laat ik hier enige toelichting geven om mij te ontdoen van dit beeld. 

Ik ben hier voornamelijk gekomen om mijn scriptie te schrijven. Dit doe ik in goed contact met mijn begeleidend docent van de universiteit Leiden. Ik doe hier in de bibliotheken en archieven onderzoek, schrijf hier wat over en stuur dit naar hem. Hij kijkt het na, zet er op- of aanmerkingen bij en stuurt dit weer naar mij terug. Uiteindelijk moet hier een mooie scriptie uitrollen. Echter volg ik ook enkele vakken hier. Ik doe dit voor wat verdieping en verbreding, de ervaring van het volgen van colleges hier in het Duits en, ook niet onbelangrijk, om mijn Erasmusbeurs te krijgen. 

De vier vakken waar ik mij voor ingeschreven had zouden plaats vinden op maandag, dinsdag en donderdag. Het liep echter wat anders. Zo heb ik het afgelopen weekend nog op het laatste moment gewisseld van vak. Die van maandag vervalt en ik krijg er een bij op woensdag. 

Dinsdag begon dus het grote feest en ik had mijn eerste hoorcollege over de ondergang van het Romeinse rijk. Om 12 uur zou dit college aanvangen in het gebouw aan de Friedrichstraße 191, 5de etage. Normaliter zit het instituut geschiedenis in het hoofdgebouw aan Unter den Linden maar, zoals zo’n beetje overal en altijd in Berlijn, wordt de vleugel verbouwd en zitten zij dus tijdelijk aan de Friedrichstraße. Het gebouw is een groot zwart kantoorgebouw en toen ik netjes om 1150 de ruimte binnen kwam viel het mij gelijk op dat het een tijdelijke ruimte was. Normaliter heeft een collegeruimte tafels met stoelen erachter zodat de tafel kan dienen als een soort bureau, of in de grotere ruimtes zijn de bekende naar beneden aflopende rijen klapstoeltjes met klaptafeltjes aanwezig. In deze ruimte stonden echter een hoop plastic stoelen verward door elkaar. Aan iedere rechter leuning van de stoel zat een mini plankje dat je kon klappen zodat het als ‘tafeltje‘ kon dienen. Mijn laptop paste er nog net op. Ik nam plaats in een stoel bij het raam en observeerde de rest van mijn omgeving. Langzaamaan kwamen er georganiseerde rijen in de stoelendans en het werd ook steeds drukker. Op internet stond dat er plaats was voor maximaal 100 personen maar de stoeltjes begonnen steeds sneller bezet te raken en er bleven maar mensen binnen komen. Uiteindelijk moesten mensen bijna figuurlijk op de schoot bij de professor bij het katheder gaan zitten of mensen moesten in de deuropening blijven staan. Als ik naar de deur achter mij keek zag ik op de gang achter de mensen die in de deuropening stonden nog het hoofd van een wanhopig meisje naar het katheder kijken, ze leek op haar tenen te staan. Wat ook opviel was het hoge gehalte oude mannen. Zonder te overdrijven denk ik dat minstens 1/3 grijs, grijzend en/of kalend was. Dit is natuurlijk helemaal niet erg maar toch opvallend. Tot slot zag ik sommige mensen die linkshandig waren verkrampt schrijven aan stoel-tafelklap-combinatie voor rechtshandigen, alle linkshandige stoelen waren al bezet en een gevoel van medelijden bekroop mij. Het college verliep verder redelijk probleemloos, hoewel de beamer dienst weigerde en de professor haar verhaal dus zonder deze ondersteuning moest vertellen kon ik alles redelijk goed volgen. Toen het afgelopen was voelde ik zelfs enig gevoel van teleurstelling dat het was afgelopen. 

Het tweede college vond twee uur later wel plaats in het hoofdgebouw aan Unter den Linden. Het is een hoorcollege over WOI en iedere week komt een andere expert hier iets over vertellen. Deze eerste keer sprak een politicoloog maar over een paar weken komt er bijvoorbeeld ook een psychiater spreken. De zaal was een oude klassieke college zaal waarin, zo leek het, al sinds de oorlog geen bouwvakker of schilder meer was geweest. Ook hier was het stampvol met veel oude mensen en was het verhaal goed te volgen. Tot slot had ik nog een kleine bijeenkomst met alle Erasmusstudenten van het instituut geschiedenis waar ons enkele organisatorische zaken werden verteld en wij onze ‘mentoren’ ontmoetten. Helaas was mijn mentor niet aanwezig vanwege een inschrijving en heb ik de avond in de kroeg geëindigd.

Het college van woensdag zou om 10 uur beginnen en ik was een beetje laat van huis vertrokken. Mensen die mij wat beter kennen weten dat ik nogal gestrest kan worden als ik ergens te laat dreig te komen en ook op deze zonnige woensdagmorgen was het niet anders. Toen ik uiteindelijk toch netjes, wat bezweet, op tijd aankwam bij de ruimte hing er een briefje dat het college volgende week pas zou beginnen. En aangezien het college van donderdag ook pas volgende week begint had ik al weekend. Wat moet een mens ineens met deze onverwachte vrijheid? Ik ben braaf de bibliotheek in gegaan om wat beginnend onderzoek te doen voor mijn scriptie maar ben uiteindelijk toch weer in een boekhandel geëindigd. De komende weken wil ik mij verdiepen in Dostojevski en andere Russische schrijvers van de negentiende eeuw. De persoon waar ik mijn scriptie over schrijf, Arthur Moeller van den Bruck, was ook bijzonder geïntrigeerd door Dostojevski en al zijn werken zijn recentelijk opnieuw naar het Duits vertaald en zijn onder veel lof ontvangen. Twee vliegen in één klap zou ik zeggen. Gisteren en de komende dagen zal ik dus in zijn boeken doorbrengen. 

Tot slot nog enkele laatste opmerkingen. Mijn vorige twee stukken waren een beetje negatief van toon wat het totaal verkeerde beeld kan oproepen dat ik hier als een oude man overal op zit te mopperen. Dit is niet waar. Ik heb het erg naar mijn zin maar over negatieve dingen schrijven is soms zoveel leuker dan over leuke dingen. Toch zal ik in de toekomst proberen wat meer over ‘positieve‘ zaken te schrijven om dit beeld iets te nuanceren. Daarnaast is het natuurlijk pasen en helaas kan ik dit jaar geen eieren zoeken en beschilderen met mijn familie. Maar ik zal ook niet alleen op mijn kamer zitten en naar de Matthäus-Passion luisteren. Dus heb geen medelij met mij. Nee, ik ga naar een brunch van vier Deense filosofie studenten. maar ik neem wel mijn eigen mandje met eieren mee.             

One thought on “Over mijn eerste collegeweek

  1. Hoi Tim leuk om weer wat van je te lezen. Had het pas met je vader over dat je laatste verhaal al weer even geleden was. Goed om te lezen dat je je draai een beetje gevonden hebt. Als ik je verhaal zo lees mogen de collegezalen wel wat groter worden. Mocht ik ooit nog eens het idee krijgen om te gaan studeren in Berlijn dan val ik met mijn leeftijd helemaal niet op!
    Een hele fijne Pasen en tot over een paar weekjes.
    Ik heb er zin in
    Groetjes Marjella

Leave a comment